Wedergeboorte*** ***Venster op de verbeelding *** *** Tijdlijnen. Timelines.
De mensheid was een heel eind gekomen. Na de derde wereldoorlog slaagde men er in een wereldregering te vormen en dankzij de goede werken van wetenschapper James Isaac Parker kon men vrijwel alle problemen de wereld uithelpen. Men stichtte koloniën op Luna, Mars en de Jupitermaan Europa en een aantal grote kunstmatige steden omcirkelden de zon.
Het enig grote probleem wat men nog dacht te hebben was het opgesloten zijn in het eigen zonnestelsel en men droomde ervan om de interstellaire ruimte te verkennen zoals ze dat deden in de populaire science fiction televisie serie in de twintigste eeuw 'Galaxy Quest'.
Een achterkleinzoon van Jim Parker, Balthasar Vance, ontdekte echter vlak voor de eeuwwisseling dat de tijdmachine met enige aanpassingen gebruikt kon worden om een ruimtesonde of een ruimteschip te brengen tot aan de grens van de hogere dimensies. Professor Balthasar Vance kreeg voldoende fondsen om zijn ideeën uit te werken en al gauw verlieten de eerste SDL ruimtesondes het zonnestelsel. Kort daarna volgden bemande ruimteschepen en weldra begon men de interstellaire ruimte te verkennen.
De schepen die de mensheid bouwde werden telkens beter en groter en op een gegeven moment bouwde de mensheid hetgeen ze beschouwde als werkelijk het paradepaardje van de Terraanse vloot. Na enkele tests besloot men om voor de officiële eerste reis de 'vader' van de Parker-Vance aandrijving uit te nodigen als speciale passagier. Professor Vance beschouwde het als een hele eer en nam bij voor de gelegenheid zijn gezin mee.
Het schip was prachtig zilver geschilderd en had de vorm van een gigantische pijlpunt. Het was van boeg tot steven honderd meter lang en had dertig bemanningsleden aan boord.
Balthasar Vance arriveerde er met een pendel van Luna en genoot van het uitzicht van een schip dat hij had meegeholpen te ontwerpen. Zijn vrouw Rachel genoot ervan om samen met haar man dit mee te mogen maken en zijn kleine dochtertje Vicky, gisteren net vijf jaar oud geworden, keek met grote ogen naar het schip waar de pendel dokte.
Ze werden opgevangen door de kapitein van het schip. Het was een lange magere man die zich voorstelde als Vanderhof Stolk. Kapitein Stolk leidde hen meteen naar de brug om zijn officieren aan de VIP voor te stellen. Daar gearriveerd begon hij zijn officiële verwelkomingstoespraak. "Professor Vance en familie, welkom aan boord van de 'Arrow'. Ik ben er trots op dat ik u mag verwelkomen aan boord van wat ongetwijfeld één van de meest tot de verbeelding sprekende schepen is dat ooit door de mensheid is gebouwd. En uzelf bent mede verantwoordelijk voor het realiseren van dit kunstwerk van de wetenschap. Mag ik alstublieft mijn brugbemanning aan u voorstellen. Mijn eerste officier is mevrouw Mercedes Harrison-Heinlein, mijn wetenschapsofficier hier is mevrouw Conny Whedon-Roddenberry, mijn hoofdpiloot is, en dat is geen grap, de heer Tim Pilot, de navigator op deze reis is Jules van Vogt, ons contact met de machinekamer is Edgar Godwin." Stolk wachtte even totdat deze groep het gezin een hand had gegeven voordat hij verder ging. "Overigens zult u later nog met de hoofdboordwerktuigkundige kennismaken, mevrouw Mary Wells. Deze charmante blondine hier is onze systeembeheerster Linda Palmer. Ze beheert onze Asimov. Asimov is zoals u weet ons computersysteem en het is zo genoemd ter ere van de beroemde twintigste eeuwse schrijver. Onze veiligheidsofficier is Burt Kowalsky en hoofd communicatie is Angelina Seymour. Later zal ik u nog voorstellen aan mevrouw Wells in de machinekamer, maar dat zei ik al, en dokter Jack James White in de ziekenboeg. Ik geloof overigens dat dokter White nog verre familie van u is. Zijn overgrootmoeder Tara Kartrest was een halfzus van uw overgrootvader James Isaac Parker. Maar eerst zullen we aan de reis beginnen. Daar bent u ten slotte voor gekomen niet waar?" De professor en zijn gezin bedankten de kapitein en namen plaats in de voor hen gereserveerde zetels. Stolk klapte in zijn handen en zei: "Nou, de eerste serieuze vlucht. Over drie uur zullen we weer bij de Aarde terug zijn. Komende dinsdag zal de Arrow aan haar grote missie beginnen en zullen we ook een complete bemanning hebben van 50. Twintig wetenschappers zijn op weg naar het ruimtedok en zullen de dag voor het begin van de missie arriveren en zich bij ons voegen. Bovendien zullen de voorraden aangevuld worden voor een verblijf in de diepruimte."
Stolk vroeg: "Kowalsky, wat is onze status?" Het antwoord kwam onmiddellijk: "Lunapendel is los meneer. Alle systemen staan op groen." Stolk knikte tevreden: "Goed. Dank je Burt. Navigatie, plot een koers naar coördinaten 30 punt 100 punt 90, snelheid tijddistortie 7. Tim, breng ons er heen." Beide mannen zeiden tegelijkertijd "Ja, meneer," en voerden hun bevelen uit.
Professor Vance glimlachte naar zijn dochtertje en vroeg: "Weet je nog wat dat betekend Vicky?" Het kleine meisje glunderde en knikte enthousiast. "Het schip gaat naar de tussenruimte toe en we zullen een reisje maken van honderd lichtjaren. Ik denk dat we er over een uur zullen zijn papa!" De professor grijnsde en gaf haar trots een knuffel. Hij gaf zijn vrouw een knipoog en zei: "Slimme meid hebben we." Rachel lachte schalks en merkte op: "Heeft ze van mij natuurlijk! Maar laten we ons op de trip concentreren Thas. Ik wil hier niets van missen."
De 'Arrow' zelf leek eerst stil te staan in de ruimte maar de brugbemanning en het gezin Vance kon op het beeldscherm zien hoe plotseling de sterren zelf in beweging leken te komen. Geluidloos flitste het machtige schip de tussenruimte in door de plaatselijke ruimtetijd te krommen. Dankzij het verblijf in de tussenruimte was het schip in staat om de beperkingen van het gewone universum te omzeilen en te gaan waar geen mens eerder was geweest.
Na twintig minuten reizen ging er een geweldige schok door het schip. Degenen die niet vastgesnoerd zaten in hun zetel werden door de brug geslingerd en maar ternauwernood kon Kowalsky mevrouw Wells opvangen die even de brug bezocht.
"Wat is er verdomme aan de hand?" brieste de kapitein. Kowalsky raadpleegde zijn instrumenten, geassisteerd door Wells en Godwin." Het was Wells die uiteindelijk uitriep: "We surfen tegen de rand van een andere dimensie!" Professor Vance maakte zijn veiligheidsriem los en kwam bij het drietal staan. Gefascineerd staarde hij naar de informatie op de displays en knikte. "Inderdaad kapitein. Het is inderdaad zo! De kans erop is verwaarloosbaar klein, vooral met de Terstark stabilisatoren aan boord, maar toch is het gebeurd. Er moet een voorwerp zich bevinden in die andere dimensie die deze verstoring veroorzaakt!"
Stolk vroeg aan zijn navigator: "Jules, wat is daar aan de hand." De jonge man keek lichtelijk in paniek om zich heen. "Ik merk niets, o wacht…. O mijn god! Kapitein, in de dimensie naast ons bevind zich een werkelijk gigantisch voorwerp. Afmetingen en massa kan ik niet met mijn instrumenten meten!"
De kapitein wendde zich weer tot zijn werktuigkundigen en de professor, maar geen van hen wist een antwoord te verzinnen.
Weer ging een geweldige schok door het machtige schip en dit keer flitste de noodverlichting aan. De kleine Vicky begon te huilen en Rachel sloeg haar armen om haar dochtertje heen.
De kapitein begon bevelen te schreeuwen die doorgegeven werden door zijn staf.
Kowalsky bulderde in het communicatiesysteem: "Er is brand uitgebroken op C dek. Attentie Crosby, Stills, Nash en Young, ga onmiddellijk blussen. Emerson, Lake en Palmer, controleer de secondaire systemen. Gunn heeft hulp nodig daar. Wells maakte een wat kalmere indruk en nam contact op met haar machinekamer: "Jagger, Richards en Watts, stabiliseer de energievoorziening."
Kapitein Stolk merkte dat er nu een lichte trilling door het schip ging. Op het beeldscherm verscheen plotseling een vreemde kleurenwerveling. Weer ging er een schok door het schip en het scherm ging op zwart.
Professor Vance ging naast de kapitein staan en zei: "Ik vrees dat we nu werkelijk ons in een andere dimensie bevinden… Een dimensie die we eigenlijk normaal alleen gebruiken om energie af te tappen om te kunnen reizen in de tussenruimte. Ik zou kunnen zeggen dat we ons nu bevinden in een soort hyperruimte." Iedereen die op de brug aanwezig was voelde een koude rilling over zijn of haar rug lopen.
Stolk fluisterde: "Wat zijn voor ons de consequenties professor?" Balthasar haalde zijn schouders op. "Zelfs James Parker kon daar slechts over speculeren. Feit is wel dat we met onze huidige staat van techniek niet in staat zijn om onze richting te bepalen hier. Misschien dat we zelfs alle controle over de tijd kwijt zijn. Theoretisch natuurlijk. De maximum tijdsafstand die we kunnen afleggen is een miljard jaar en dat is door Parker bewezen, maar we weten niet eens of we in de juiste dimensie zullen belanden als we hier ooit uitkomen. Bovendien is daar vele malen meer energie voor nodig dan dit schip kan verwerken."
Conny Whedon-Roddenberry kwam bij hen staan en zei: "Een beetje negatief professor. Dat had ik niet van u verwacht. Ik ben er zeker van dat we een oplossing hiervoor zullen bedenken. Wat als we een tweede start van de aandrijving hier gebruiken en een koers terug navigeren naar waar we vandaan kwamen?" De professor schudde zijn hoofd en zei: "Nee, dat denk ik niet. Meneer Van Vogt, wat zeggen uw instrumenten over onze positie en onze koers?" De navigator keek even zijn kapitein aan en antwoordde: "Onbekend. Alle sporen lijken uitgewist. Er is geen manier om te bepalen langs welke weg we gekomen zijn. Als er eigenlijk al zoiets als een weg is!" Conny wierp hem een verwijtende blik toe en hij sloeg verlegen zijn ogen neer. Kennelijk zat er een zeer negatieve spanning tussen die twee.
Tim Pilot was de eerste die de pijnlijke stilte verbrak. "Kapitein, daar is het weer. Dat gigantische voorwerp dat Jules ontdekte. Het is nu recht voor ons." Jules van Vogt had zich over zijn schaamte heen gezet en begon de exacte positie te bepalen van het voorwerp. Maar helaas was de situatie in deze hyperruimte zo verwarrend dat exacte dimensies van het voorwerp niet te bepalen waren en daarmee kon men ook niet zeggen hoe ver men ervan was verwijderd. Van Vogt maakte zijn probleem bekend bij de kapitein en deed een suggestie: "Misschien dat we langzaam kunnen proberen ernaar toe te vliegen. Onze sensoren zijn redelijk gestoord maar als we dichterbij komen en we zien bepaalde veranderingen dan kunnen we wellicht berekenen hoe groot dat ding echt is en hoe ver af we ervan zijn. Op de lange duur kan het ons misschien helpen om hier echt te kunnen navigeren." Zijn kameraad Tim gaf hem een klap op zijn rug. De kapitein knikte goedkeurend en merkte op: "Goede suggestie. Linda, coördineer alle data en laat de computers analyses uitvoeren. Conny, jij en de professor kunnen geassisteerd door onze jonge heer Jules hier wellicht enkele wonderen verrichten."
Zijn eerste officier ging naast hem staan en kuchte. "Kapitein, ik moet u spreken over een dringende zaak." Haar gezagvoerder nam haar even ter zijde en knikte haar toe. Mercedes zei: "We hebben een probleem voor wat betreft de voedselvoorraden aan boord. Ik weet niet hoelang dit gaat duren. We hebben een voorraad voor slechts een maand. Niemand van ons kon bevroeden…" De kapitein knikte en fluisterde in haar oor: "Dank je voor je waakzaamheid Mercedes. Hou dit even voor je. Ik ben ervan overtuigd dat de rest van de mensen hier er op een gegeven moment wel achter zal komen, maar we hoeven nog geen onnodige ongerustheid op dit moment te veroorzaken. Het zal moeilijk worden, maar misschien hebben we geluk en komen we snel hier uit. Als puntje bij paaltje komt moeten we de vriezers gebruiken." De vrouw knikte en zei: "U heeft gelijk. Ik zal intussen werken aan mogelijke oplossingen voor het probleem dat ik net aankaartte. Misschien dat de recycling verbeterd kan worden." Stolk knikte haar bemoedigend toe en richtte zijn aandacht weer op het mysterieuze voorwerp daar buiten.
Hij ging in zijn stoel zitten en zei: "Meneer Pilot, voer de gegevens in die u van de heer Van Vogt krijgt en zet koers naar … dat ding. Wat het ook is."
Tim Pilot huiverde en zei: "Ja, meneer."
Stolk activeerde zijn logboek en zei: "Logboek van de kapitein, 24 augustus 2100. Een onbekende macht heeft ons van onze koers gebracht en we weten niet waar die ons zal leiden. Wat zal de toekomst ons brengen? Wie weet komen wij hier in het laatste jaar van de 21ste eeuw in contact met de eerste vormen van intelligent leven buiten de mensheid. Alleen de tijd zal het ons leren. Einde notitie."
Langzaam maar zeker voerde de 'Arrow' haar snelheid op en bewoog zich in de richting van het onbekende.
Al haar dromen in duigen*** ***Venster op de verbeelding *** *** Tijdlijnen. Timelines.